9 tot 11 september – Gyeongju***
Gyeongju wordt ook wel het openluchtmuseum van Korea genoemd, omdat het hier vol zit met koninklijke graven***. En dat geeft plots een heel andere stad. Geen (of minder) hoge gebouwen, en in het midden en rond de stad liggen ‘parken’ met grote artificiële heuvels waarin/onder graven te vinden zouden zijn.
Eén ervan kan je binnen bezoeken, en het geeft toch een beetje het gevoel van de gravenbezoeken in Egypte. Ook raar dat ze hier hetzelfde idee hebben als in Egypte of Zuid-Amerika, nl de overledenen met zoveel mogelijk goud en spullen begraven.
Die dag ook nog het Gyeongju national museum*** bezocht, heel indrukwekkend. Eindelijk nog eens een museum met pottekes en pannekes die de moeite waard zijn, en waar ze niet elk gevonden stukje klei proberen tentoonstellen.
De dag geëindigd in het Donggung palace voor de avondverlichting.
De dag erna met de bus naar Bulguk-sa tempel*(*) en dan verder met de bus tot aan de wandeling naar Seokguram**(*).Dit is een tempel tegen de rots, waar je binnenin (geen foto’s jammergenoeg) een uit de rots gehouwen Boeddha ziet, omringd door andere goden. Maar heel mooi en indrukwekkend, alleen jammer dat je alles van achter (weerkaatsend) glas moet aanschouwen.
Te voet terug naar Bulguk-sa en bus naar Gyeongjy, morgenvroeg bus naar Busan.
Gegevens ter herinnering
————————
1 EUR = 1300 KRW(Won)