3 november – Dunhuang
Vandaag de hele dag in een grote zandbak gespeeld 🙂
De andere attractie hier is Mingsha shan en de moon cresent lake, of met andere woorden de duinen en het oasemeertje.
Dit ligt 5km van de stad en is echt ongelooflijk, de zandduinen beginnen vlak buiten de stad en zijn bijna 1000m hoog. De Moon cresent lake is niet echt super, ze hebben dan trouwens ook weer om zeep geholpen door een pavillioen, een hek en een deel betonnen weg errond te bouwen. Verder hebben ze hier alle mogelijke activiteiten voorzien, maar aan belachelijke prijzen voor de duur ervan: quad, sleeen, zandsurfen, deltaplan, buggy, kamelen en natuurlijk de eeuwige electrische wagentjes. Chinezen zijn echt het luiste volk dat ik ooit gezien heb. Ook hier, dat meer ligt nog geen 300 meter van de ingang, en toch nemen ze allemaal zo’n karretje of een kameel om die ‘afstand’ af te leggen. Die karretjes vind je echt overal, als ze maar geen meter hoeven lopen.
Mijn bedoeling was uiteraard die duinen op te klimmen voor het zicht, dus de hoogste uitgekozen en begonnen aan de helse klim, 2 stappen naar boven en meer dan één terug naar beneden glijden. Aangezien ik natuurlijk de hoogste uitkies is daar dus geen kat, en lijkt het alsof je ergens moeder mens alleen door de woestijn aan het klouteren bent. Maar boven aangekomen is het zicht echt super: over de stad, waar je duidelijk ziet dat Dunhuang een welkome Oase is tussen het zand; over de andere zandduinen; over de zandvlakte die daar begint. Daar toch wel een tijdje blijven zitten genieten.
En dan natuurlijk de trip naar beneden, blijft toch één van de leukere dingen zo een maagdelijke stuk duin uitzoeken en daar dan aflopen/springen en telkens wegzakken in het zand.
Gegevens ter herinnering
(1 EUR = 9,3 RMB)
Ingang Mingsha shan: 120 RMB
Nachttrein Jiuyuan – Urumqi in bottom hardsleeper: 122 RMB
Hotel Mogao (in centrum, er zijn er meerdere): 98RMB voor perfecte single kamer.